Wij krijgen regelmatig vragen over het verschil tussen franchising en een licentiestructuur. In dit document hebben wij beoogd een compact en algemeen overzicht te geven van beide contractuele relaties met daarbij een overzicht van de belangrijkste verschillen en de voor- en nadelen. Elke situatie is natuurlijk anders. Wanneer u na het lezen van dit artikel nog vragen heeft, neemt u dan gerust contact met ons op.
FRANCHISING |
LICENTIESTRUCTUUR |
Wat is franchising | Wat is een licentiestructuur |
Franchising is een methode van zakendoen waarbij een onderneming (de “Franchisegever”) een contract sluit met een andere onderneming (de “Franchisenemer”) waarbij wordt overeengekomen dat de Franchisenemer van de Franchisegever het recht krijgt om tegen betaling een zaak met een herkenbaar zakelijk concept (de Franchiseformule) inclusief handelsnaam van de Franchisegever te gebruiken voor een zekere periode binnen een bepaald gebied (veelal exclusief).
De Franchisegever ziet er daarbij op toe dat de franchisenemers dat de verschillende Franchisenemers elkaar niet beconcurreren. |
Onder een ‘eenvoudige’ licentieovereenkomst geeft een ondernemer (de “Licentiegever”) onder bepaalde voorwaarden een gebruiksrecht af aan een andere ondernemer (de “Licentienemer”) om voor een bepaalde periode en binnen een specifiek gebied een bepaalde activiteit te ontplooien, dan wel een bepaald aan de Licentiegever toebehorend recht uit te oefenen (denk hierbij bijvoorbeeld aan het gebruik van een merkrecht, auteursrecht of software).
Deze licenties zijn veelal niet exclusief, hetgeen betekent dat zij kunnen worden verkocht aan verschillende, elkaar beconcurrerende onderneming, die actief zijn in dezelfde markt. |
Overige kenmerken en verschillen | Overige kenmerken en verschillen |
1. Juridisch.
De Nederlandse wet geeft geen aparte regeling voor de Franchiseovereenkomst. Dit houdt in de algemene regels van het overeenkomstenrecht van toepassing zijn. Dit heeft als gevolg dat er (meer) waarde toekomt aan de inhoud van de franchiseovereenkomst en jurisprudentie. In veel gevallen is echter wel de Europese Erecode inzake Franchising van toepassing. Hierin zijn normen en gedragsregels beschreven die richting geven aan de samenwerking in geval van Franchise. |
1. Juridisch.
Voor de licentieovereenkomst tussen twee ondernemingen geeft de Nederlandse wet tevens geen aparte regeling. Dit houdt dus in dat ook hier de algemene regels van het overeenkomstenrecht van toepassing zijn en dat Partijen vrij zijn afspraken te maken. Op de intellectuele eigendomsrechten die onderwerp zijn van de licentieovereenkomst, zijn echter wel wettelijke regels van toepassing. Hier moet dan ook rekening mee worden gehouden bij het opstellen van de licentieovereenkomst. |
2. Verschillende rechten verleend.
Bij franchising worden verschillende rechten verleend die behoren bij de Franchiseformule, waaronder rechten op advisering en/of training via de Franchisegever en daarnaast veelal meerdere licenties, bijv. (i) aangaande knowhow (knowhow over het uitgeteste productaanbod, inkoop, marktonderzoek, gemeenschappelijke reclame, logistieke diensten, administratie, automatisering etc.); en (ii) gebruik van een handelsnaam en/of merk domeinnaam, gebruik van herkenbare kleurencombinaties en /of –inrichtingen, logo’s ten behoeve van uniformiteit en uitstraling; – de methode van zakendoen wordt bij franchise veelal uitgebreid omschreven in een franchise handboek (bijv. op welke wijze staat franchisegever franchisenemer bij met advies en training en op welke wijze is franchisenemer verplicht om zijn onderneming volgens de franchiseformule in te rechten). |
2. Veelal één recht verleend.
Bij een licentieovereenkomst wordt doorgaans maar één specifiek recht verleend. Dit recht heeft altijd te maken met intellectuele eigendomsrechten (bijvoorbeeld merk, model, know-how, patent of software). De Licentienemer is vrij te handelen binnen de grenzen van de overeengekomen voorwaarden. |
3. Vergoedingen
Meestal wordt een franchise verleend tegen betaling van een eenmalige vergoeding vooraf (“entree fee”) en een periodieke ‘vaste’ of omzetafhankelijke vergoeding (“ franchise fee”). Ook worden er vaak “reclamebijdragen” verlangd door de Franchisegever. |
3. Vergoedingen
Meestal wordt een licentie verleend tegen betaling van een periodieke of eenmalige licentievergoeding (“royalty”).
|
4. Omvang van documenten.
Omdat er onder een Franchiseovereenkomst meerdere rechten worden afgegeven aan de Franchisenemer, zijn bij voorkeur ook verschillende (en vaak omvangrijke) documenten benodigd om de samenwerking van partijen goed en duidelijk vorm te geven (denk bijv. franchiseovereenkomst met daarin verschillende licenties en een franchisehandboek, waarin allerlei voorschriften en richtlijnen met betrekking tot de Franchiseformule worden vastgelegd). Deze documenten zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en verwijzen naar elkaar. |
4. Omvang van documenten.
De licentiestructuur kan veelal in één licentieovereenkomst worden vormgegeven. Een licentieovereenkomst is doorgaans sneller opgemaakt en uitonderhandeld dan een franchiseovereenkomst.
|
5. Franchiseovereenkomst
Uit de rechtspraak blijkt dat een rechter een overeenkomst kwalificeert als een franchiseovereenkomst indien, onder meer, sprake is van: a) een keten van hetzelfde winkelconcept, b) met als doel om de herkenbaarheid van de keten te vergroten, waarbij c) Franchisenemer het recht en de bevoegdheid heeft om het beeldmerk van de Franchisegever te gebruiken voor de verkoop van goederen of diensten. De Franchisegever verder d) knowhow, zoals werkmethoden en technieken, ter beschikking stelt aan de Franchisenemer. Indien wordt geopteerd voor een franchiseconstructie dienen deze elementen dus te worden geregeld in de franchiseovereenkomst. |
5. Licentieovereenkomst
Licentie contracten zijn gekoppeld aan intellectueel eigendom en zijn er in allerlei vormen. Denk aan productielicenties of verkooplicenties, maar ook aan distributie- en agentuur overeenkomsten. Franchise overeenkomsten zijn dus ook deels licentie overeenkomsten.
|
6. Ondersteuning, begeleiding en controle
Een belangrijk kenmerk van franchising is voortdurende ondersteuning en begeleiding door de Franchisegever. Ook behoudt de Franchisegever de controle over de wijze waarop de Franchisenemer haar business uitvoert ,een en ander ook om de identiteit en imago van de franchiseorganisatie te bewaken en te behouden;en haar taak om de formule te ontwikkelen uitvoert. |
6. Ondersteuning, begeleiding en controle.
Onder een licentie verstrekt de Licentiegever doorgaans geen ondersteunende en begeleidende activiteiten aan de Licentienemer. De Licentiegever houdt daarbij doorgaans wel controle over de wijze waarop de intellectuele eigendom wordt gebruikt, maar niet over de wijze waarop de Licentienemer haar business voert. |
7. Zorgplicht
De Franchisegever heeft bovendien een zelfstandige en verregaande zorgplicht. Deze zorgplicht brengt onder andere met zich mee dat– tussentijdse – financiële doelstellingen realistisch en realiseerbaar zijn, en de Franchisegever zelfstandig de Franchisenemer in deze dient te ondersteunen. |
7. Zorgplicht
Er is bij een licentie geen sprake van een zorgplicht zoals wel geldt bij franchise.
|
Enkele voordelen voor Franchisegever om voor Franchising te kiezen | Enkele voordelen voor Licentiegever om voor een licentiestructuur te kiezen |
1. Franchisegever hoeft minder eigen kapitaal (dan in het geval Franchisegevers zelf nieuwe locaties opzet) te investeren om zijn formule uit te breiden;
|
1. Licentie is een zeer geschikt middel om de reputatie van een (handels)merk commercieel te exploiteren en om haar business uit te breiden zonder dat zij dient te investeren in nieuwe locaties of distributienetwerken of de licentienemer dient te ondersteunen door middel van trainingen, locatieselectie of marketing. |
2. Franchisenemer is financieel zelfstandig en dus zelf verantwoordelijk voor benodigde investeringen. Dus: minder risico voor Franchisegever;
|
2. Licentiegever houdt de mogelijkheid om zijn eigen activiteiten rondom zijn intellectuele eigendomsrecht(en) te combineren met licenseren in een ander marktsegment of ander land. |
3. Als de Franchiseovereenkomst en de Franchiseformule bestendig is uitgewerkt en opgelegd aan Franchisenemer(s), dan bouwt Franchisegever een sterkt(handels)merk op wat op zichzelf een zekere waarde vertegenwoordigt.
|
3. Een Licentiegever hoeft niet te voldoen aan de voorwaarden van de Europese Erecode voor Franchising. Er is bij een licentie geen sprake van een zorgplicht zoals wel geldt bij franchise.
|
4. De Franchisegever houdt een aanzienlijke controle over de wijze waarop de Franchisenemer haar business voert. | 4. Een licentiestructuur is eenvoudiger van opzet en behelst minder verplichtingen voor de Licentiegever dan een Franchisegever heeft. De opstartkosten zijn dus lager als bij franchising. |
Enkele voordelen voor Franchisenemer om voor Franchising te kiezen | Enkele voordelen voor Licentienemer om voor een licentiestructuur te kiezen |
1. Franchisegever hoeft minder eigen kapitaal (dan in het geval Franchisegevers zelf nieuwe locaties opzet) te investeren om zijn formule uit te breiden; | 1. Licentie is een zeer geschikt middel om de reputatie van een (handels)merk commercieel te exploiteren en om haar business uit te breiden zonder dat zij dient te investeren in nieuwe locaties of distributienetwerken of de licentienemer dient te ondersteunen door middel van trainingen, locatieselectie of marketing. |
2. Franchisenemer is financieel zelfstandig en dus zelf verantwoordelijk voor benodigde investeringen. Dus: minder risico voor Franchisegever;
|
2. Licentiegever houdt de mogelijkheid om zijn eigen activiteiten rondom zijn intellectuele eigendomsrecht(en) te combineren met licenseren in een ander marktsegment of ander land. |
3. Als de Franchiseovereenkomst en de Franchiseformule bestendig is uitgewerkt en opgelegd aan Franchisenemer(s), dan bouwt Franchisegever een sterkt(handels)merk op wat op zichzelf een zekere waarde vertegenwoordigt.
|
3. Een Licentiegever hoeft niet te voldoen aan de voorwaarden van de Europese Erecode voor Franchising. Er is bij een licentie geen sprake van een zorgplicht zoals wel geldt bij franchise.
|
4. De Franchisegever houdt een aanzienlijke controle over de wijze waarop de Franchisenemer haar business voert.
|
4. Een licentiestructuur is eenvoudiger van opzet en behelst minder verplichtingen voor de Licentiegever dan een Franchisegever heeft. De opstartkosten zijn dus lager als bij franchising. |
Enkele voordelen voor Franchisenemer om voor Franchising te kiezen | Enkele voordelen voor Licentienemer om voor een licentiestructuur te kiezen |
1. Franchisenemer blijft zelfstandig maar kan meeliften op het succes van de Franchiseformule en hoeft niet op eigen kracht een naam op te bouwen. Franchisenemer krijgt daarbij de beschikking over een kant-en-klaar klanten potentieel. | 1. Een licentie maakt het voor de Licentienemer mogelijk om tegen betaling van een royalty intellectuele eigendomsrechten te gebruiken en/of hier mee bepaalde producten te maken en te vermarkten. |
2. Franchisenemer kan gebruikmaken van het distributienetwerk van Franchisegever en hoeft dit dus niet helemaal zelf op te zetten. | 2. Licentienemer is doorgaans vrij in de wijze waarop ze haar business exploiteert. |
3. De hoogte van de benodigde investeringen kan op basis van de ervaring van de Franchisegever veelal makkelijk inzichtelijk worden gemaakt, waardoor financiële tegenvallers beperkt kunnen blijven. | |
4. Wanneer onderneming een Franchisenemer wordt van een bewezen succesvolle Franchiseformule, dan is een bank eerder bereid financiering te verstrekken dan in het geval van nieuw ‘eigen’ businessconcept. | |
5. De investeringen van Franchisenemer kennen een gereduceerd risico en Franchisenemer kan profiteren van een voortdurende ontwikkeling en onderzoek en een semi-monopoly in een bepaald gebied |